Rook & Chocolade (10-7)

Door Ina, Pepijn & Kids - 14-07-2008 16:01

We hebben vanochtend maar weer eens de wekker gepakt. De geplande route is weliswaar niet lang, maar we willen wel hier en daar even uitstappen en toch nog op tijd op de camping zijn om van het zwembad gebruik te maken. Na een fotosessie bij de kinderboerderij (jong reetje, kalfje, hartstikke leuk) gaan we op weg.

We beginnen met een stukje Interstate, om dan via een mooie weg met tour-verdachtige cols en bijbehorende afdalingen in het dorpje Ashland aan te komen. Ik had genoteerd dat Ashland een Ghosttown zou zijn, maar het plaatsje ziet er springlevend uit. We zien een bordje met “Pioneer Tunnel Coal Mine” en volgen een smalle straat de berg op. Ina heeft haar twijfels of een motorhome hier wel zou moeten rijden, maar ik zet door. Als we boven komen staat daar een grote touringcar, dus het blijkt te kunnen / mogen. De PTCM is een antracietmijn die horizontaal de berg in gaat, en sinds 1962 in gebruik is als toeristische attractie. Er rijdt een treintje ca. 500 ft de berg in, waar je een en ander uitgelegd krijgt. Ina past voor deze mogelijkheid, maar de jongens en ik kopen meteen een kaartje. We krijgen te horen dat er net een grote groep de berg in is gegaan (de touringcar) en moeten nog een half uur wachten. Dat geeft ons de mogelijkheid even iets warmers aan te trekken want in de berg is het maar 50°F (10° C). Tijdens het wachten vraag ik waar het spookstadje is, en het blijkt dat we er al langs zijn gereden! Zo spookachtig dus.

De tour met de mijntrein is interessant, en inderdaad koud. Het blijkt dat de aardlagen hier vertikaal lopen, waardoor het mogelijk is de kolen te delven door middel van een horizontale schacht. In 1791 ontdekte een meneer dat de zwarte stenen in de bergen konden branden, nadat hij zijn kampvuur erop had gemaakt. De volgende ochtend brandde het vuurtje nog steeds. In 1811 werd vervolgens de Pioneer Mine geopend, en tot 1932 was deze in gebruik.

Het feit dat de kolenlagen aan de oppervlakte liggen heeft voor een brand gezorgd die nu het dorpje Centralia tot spookstad heeft gemaakt. In mei 1962 brak een brand uit op een vuilstortplaats in Centralia. De brand sloeg over op de onderliggende kolenlaag, en bij gebrek aan adequaat ingrijpen raakte deze ondergrondse brand buiten controle. Een maand na het uitbreken van de brand werd een offerte aan de gemeente uitgebracht ter hoogte van $675,- voor het blussen van de brand. Deze aanbieding werd niet aangenomen. Jarenlang bleef de brand voortsudderen. De instanties plaatsten rookgasmeters en andere ingewikkelde apparatuur, waarvoor ook gaten in de grond moesten worden geboord. De geruchten doen de ronde dat dit het vuur aanwakkert omdat op deze manier ook zuurstof bij het vuur kon komen. Het vuur was niet zichtbaar, alleen kwam er op sommige plaatsen rook boven de aarde, was de grond warm waardoor bomen en planten stierven. Zoals gezegd, er gebeurde verder jarenlang niets. Totdat begin jaren negentig de grond onder de voeten van een meneer wegzakte. Hij kon zich nog net aan de wortels van een boom vastgrijpen, voor hij een wisse dood tegemoet zou zijn gevallen. Het gat was 1,5 meter in doorsnee, en maar liefst 15 meter diep. Op de bodem van het gat was het gloeiend heet, en samen met de concentratie koolmonoxide zou een val tot zijn onherroepelijke einde hebben geleid. Deze gebeurtenis vormde voor de autoriteiten aanleiding om opnieuw onderzoek te doen naar de brand in Centralia. Tot dit moment was er ongeveer $ 600.000 uitgegeven. Uit het onderzoek kwam naar voren dat er op dat moment ongeveer 1000 acre (400 hectare) in brand stonden, wat in de komende eeuw zou kunnen uitbreiden tot 3400 acre. Een schatting naar de kosten voor het blussen beliepen op meer dan $ 600 mil. zonder garantie voor succes. Men besloot om de inwoners uit te kopen, wat met 325 tegen 200 stemmen bij een dorpsvergadering werd aangenomen. Inmiddels zijn de meeste huizen platgewalst, maar het stratenpatroon is nog steeds zichtbaar, en enkele diehards wonen ook nog steeds in Centralia.

Tot zover wat ik gelezen heb (zowel internet als ook info bij het PTCM museum). Ik rijd de motorhome terug de 42 op, en bovenop de eerste berg zien we aan de linkerkant een begraafplaats. De dame bij het museum had verteld dat we daar misschien wel rook kunnen zien. We stappen allemaal uit en lopen de begraafplaats op. Overal waar we tot nu toe gereden zijn aan de oostkust zagen we begraafplaatsen, soms enorm oud, maar overal met kleine Amerikaanse vlaggen bij de stenen. Nu kunnen we zien wat deze betekenen: iedere voormalige soldaat die aan een oorlog heeft deelgenomen (1e, 2e, Korea, Vietnam, Golf 1 + 2) krijgt bij zijn graf een vlag met een plaquette waarop de betreffende oorlog staat. Het is verbazingwekkend hoeveel vlaggen er op deze begraafplaats staan.

Rook zien we echter niet, en enigszins teleurgesteld stappen we weer in. Nu ben ik niet hier naartoe gekomen om me zo snel uit het veld te laten slaan. We rijden een smal paadje langs de begraafplaats op en komen op een soort vuilnisbelt: veel steengruis en losliggend afval wat er kennelijk later bij gestort is. Ook hier zien we in eerste instantie niets, totdat eensklaps bij een oude boomstronk wat rook naar boven komt. Ik stap uit en loop er naar toe. Als ik een steentje in mijn sandaal krijg sta ik te jodelen, de grond is echt enorm heet. Vreemd genoeg staan er rondom wel overal bomen en struiken, maar we zitten wel goed.

We rijden een klein stukje naar beneden en gaan een brede straat in. Dit moet ook de hoofdstraat van het dorp zijn geweest, maar er staat nog maar 1 huis. Wel zie je overal herinneringen aan waar huizen gestaan moeten hebben: een oprit, bomen die de kavels afgrensden, een incidentele stenen buiten BBQ. De doorgaande weg is zo overwoekerd dat we er met de RV niet door kunnen. Ik stap met de jongens uit en loop een stuk de weg op. Weer zien we op enkele plekken rook uit de grond komen. Het blijft een vreemd gezicht, overal zijn nog de stroommasten en wegen aanwezig, maar er staat geen huis meer.

We vervolgen onze weg en rijden via de Interstate naar de afrit naar Hershey. Hershey is een stad gesticht door Milton Hershey, rondom zijn Chocolade fabriek. Hershey is in Europa bekend door Kit Kat (door Nestlé op de markt gebracht). Eind 1800 startte hij een caramelfabriek maar al snel stapte hij over op chocolade, een tot dan toe exclusieve aangelegenheid van de zwitsers. Het werd een enorm succes, en Milton was een eigenaar die goed voor zijn personeel zorgde. Huizen, scholen en medische verzorging werd voor de medewerkers van de fabriek gebouwd. Hij en zijn vrouw Kitty (derhalve Kit Kat?) konden geen kinderen krijgen, en toen zijn vrouw in de jaren ’20 overleed schonk hij zijn vermogen van toen $60 milj. aan een door

Je kunt alleen reageren op dit bericht als je bent ingelogd.
Voorpret-alarm! Reizigers vertellen reizigers, campers (truck-camper & C-25) & presentaties
Kom 23 of 24 maart naar de Reizigersbeurs
Kom naar een infodag met special guests, zoals Travel Texas en indianen.
Meld je gratis aan