Denver

Aan alle dingen komt een einde en dus ook aan onze reis. Vandaag is het al weer de laatste dag, op dinsdagmorgen vliegen we weer terug naar Nederland. We hebben geen druk programma meer, dus we doen ’s morgens op ons gemak. Rond 09.00 uur rijden we weg, opnieuw naar het vlakbij gelegen Rocky Mountains National Park. Gisteren hebben we de oostkant bezocht, zodat we nu de westkant gaan bekijken. Hier slingert zich de Trail Ridge Road door het landschap, een 63 kilometer lange weg. Aan de weg liggen weer enkele bezienswaardigheden, zoals bij de meeste parken die we hebben bezocht. De Trail Ridge Road zelf is echter ook al de moeite waard, met haarspeldbochten, weidse uitzichten, hoge bergen en groene hellingen. Nou ja, groen? Vele hectares bos zijn dood of stervende. De bomen zijn aangetast door een schorskever die, mede als gevolg van opwarming van de aarde, hier goed gedijt. Doodzonde. We stoppen bij ieder uitzichtpunt en lopen enkele korte paden. We merken al snel dat de ademhaling bemoeilijkt wordt door de ijle lucht, we bevinden ons namelijk op ongeveer 3700 meter hoogte. Hier groeien dan ook helemaal geen bomen meer, alleen wat lage vegetatie. Op een infobord lezen we dat als je hier de natuur verstoort, bijvoorbeeld door een pad aan te leggen, het 500 tot 1000 jaar duurt voordat deze weer volledig hersteld is. Langzaam slingeren we weer naar beneden, waar we bij de Holzwarth Historic Site aankomen. Dit is een honderd jaar oude blokhut, waar men vakantie kon houden. Alle artefacten zijn origineel en daar zijn de Amerikanen trots op, honderd jaar is immers niet niks. Na een uurtje hebben we het daar wel gezien en rijden verder. Even later verlaten we het park en gaan op zoek naar koffie. Die vinden we bij een gezellige, houten uitspanning, een soort privé-McDonalds. Met deze nog maar nauwelijks achter de kiezen, rijden we Grand Lake binnen. Dit plaatsje is gelegen aan het meer met dezelfde naam, wat garant staat voor veel waterplezier. Het trekt dan ook veel toeristen aan, zodat er veel winkeltjes zijn. De meeste zijn in westernstijl gebouwd, wat direct een leuke aanblik oplevert. Na weer een provisorische lunch, zetten we onze tocht voort. Via de mooie US 34 komen we uiteindelijk op de Interstate 70. Deze gaat naar Denver, waar wij een laatste overnachting hebben. Tegen zessen arriveren we weer bij het hotel waar het voor ons begon. Het verschil is alleen dat er nu geen auto hoeft te worden gerepareerd. Die gedachte is wel zo prettig.