Burlington - Squamish (British Columbia)

Niets is zo veranderlijk als de mens. Dat beseften we weer eens te meer toen we vanmorgen - na een overigens slapeloze nacht - opstonden en het besluit namen om onze oorspronkelijke route via Whistler in Canada alsnog te gaan vervolgen.

Maar voordat het zover was, gingen we eerst nog naar Oak Harbour om de graven van de Abrahamse-familie op het keurig onderhouden Maple Leaf Cemetery te bezien. Na enkele foto's te hebben genomen, gaan we nog op zoek naar het woonhuis waar ik ooit 5 weken heb doorgebracht, maar dat kunnen we niet vinden, al onze inspanningen ten spijt. Wel zie je dat in Oak Harbour veel Nederlandse nazaten hebben gewoond, resp. nog wonen. Straten als Zylstra Road, Van Dam Road, Boon Road, Fakkema Road herinneren ons daaraan. Ook horecagelegenheden als The Kasteel en Holland Windmill met alle bekende plaatjes erbij, zijn wat dat betreft veelzeggend genoeg.

Het weer in Oak Harbour is zwaar bewolkt en de temperatuur is hooguit 18 graden. Voor ons een extra aansporing om dit gebied weer zo snel mogelijk te verlaten. Aanvankelijk leidt onze navigatieapparatuur ons naar de haven van Oak Harbour voor de ferry naar Port Towsend en vandaar weer via Port Angels met de ferry naar Victoria, de voorstad van Vancouver. Dat is echter niet de bedoeling, zeker niet wanneer ook de ferrykosten nog eens bitter tegenvallen.

We besluiten via dezelfde weg terug te keren. Bij de ijzeren Desception Bridge over het brede Skagit-water stappen we nog even uit voor het maken van foto's, maar daarna gaat het linea recta terug naar Canada. We passeren de grens dit keer bij White Rock. En ditmaal geen problemen en geen oponthoud bij de douane. 

Via de Interstate 5 rijden we op Vancouver aan. De drukte op de weg is enorm, mede gelet op het vroege tijdstip. Deze drukte blijft aanhouden als we onze weg dwars door Vancouver proberen te vinden. Onder meer passeren we de imposante Alex Fraser Bridge, een hoge brug over de Fraser River, die het ene deel van de stad met het andere deel verbindt. Het kost ons meer dan een half uur om de stad met al zijn stoplichten door te komen, maar uiteindelijk vinden we Highway 1 en rijden in de richting van Whistler.

De weg voert langs de kilometers lange baai van North en West Vancouver met in het midden van de baai een groot eiland, Bowen Island. Al met al levert dat meer dan eens fantastische vergezichten op! Onderweg passeren we Horseshoe Bay, Lions Bay en Britannia Beach, alwaar een mijnwerkersmuseum is gevestigd.

In Squamish in de Garibaldi Highlands stoppen weu en parkeren onze camper op het Squamish Campground dat uitkijkt op Darrell Bay. Volgens de beheerder hebben we het mooiste en ruimste plekje van de camping gekregen. Gelet op de kosten van omgerekend 31 euro mag dat ook wel. De faciliteiten op de camping zijn verder toereikend maar niet om over naar huis te schrijven. Dat doe ik dus ook maar niet.

Naast ons staat een camperbusje van verhuurder Fraser Motorhomes geparkeerd. Ze blijkt toe te behoren aan een Nederlands echtpaar uit Soest dat net aan zijn tweeweekse vakantie is begonnen. Ze willen via Whistler naar Jasper en Banff in de Rocky Mountains rijden en dan via Kamloops terug naar Vancouver. Op basis van onze ervaringen kunnen we de beide Soestenaren praktische informatie geven over campgrounds in die regio.

Dan is het tijd voor het avondeten. Het menu van de dag is gepaneerde kabeljauw, met broccoli, tomaat en gebakken aardappelen. Gezien het feit dat de lunch er dit keer bij in was geschoten, smaakt het diner ons dubbel zo goed.

Voor nu houd ik het hierbij, morgen hoop ik u weer verder bij te praten. Wel kan ik nog melden dat de kilometerstand na vandaag op meer dan 6200 staat.