Op naar de hitte

Door W.P. Gravesteijn - 25-06-2016 07:20

Op naar de hitte

Sorry dat het even duurde, maar ik moest even bijkomen van een “double scoop sorbet” oftewel een ijsje met tweebolletjes. En dan heb je het niet over die zuinig afgemeten dingen die je in Nederland krijgt, maar bollen van 8 oz oftewel een kwart liter per stuk. Heerlijk maar mijn maag moest het toch efkes rustig verwerken. Maar goed hier dan alsnog een samenvatting van de afgelopen dagen.

Na een rustig nachtje op de Elk meadows zijn we richting de zuidkant van de Rocky Mountains gereden via dezelfde pas als gisteren. Gelukkig hadden we gisteren al een hoop gezien, want wat was het druk vandaag. Nog wat hertjes gespot en vervolgens zijn we snel doorgereden naar het Alpine visitor center waar we een lekker bakkie genoten met een prachtig uitzicht.

Daarna de afdaling ingezet met de nodige haarspeldbochten, haarspelden van het type daar kan een vrachtwagen makkelijk doorheen, maar toch. Weer zo’n beetje in het dal aangekomen zagen we zowaar een groot beest aan de kant van een riviertje. Het bleek een eland met jong. Hartstikke leuk, deze ontbrak nog aan de beestenverzameling. Uiteraard een paar leuke foto’s gemaakt. Vervolgens zijn we op het gemakkie doorgereden naar Grand Lake, een plaatsje gelegen aan het gelijknamige meer. Men beweert het grootste en diepste natuurlijke meer van Colorado (de rest van de grote(re) Colorado meren worden door stuwdammen veroorzaakt). Ook dit plaatsje is volgens de borden van grote historische waarde, vooral te herkennen aan de originele stoepen van ongelijke planken uit eind 1800. Het meer was mooi, maar het plaatsje was niet veel soeps.

Dus maar in de RV gestapt en naar de camping gereden, dit keer Elk creek. Een best aardige camping in een bosje gelegen en met “Moose garantie”. We hebben de rest van de middag heerlijk geluierd, wachtend tot de Moose voorbij zou komen. Maar helaas… Het was weer heerlijk weer, dus lekker ge BBQ’d en nog even fikkie stoken van de laatste stukjes hout die we eerder gekocht hadden. Met wat hulp van een Amerikaanse buurman brandde het snel als een fakkel.

Lekker geslapen en de volgende morgen werden gewekt door…een takkenherrie van zo’n beetje de kleinste vogeltjes, de hummingbird (kolibri). Deze ADHD vogels vliegen als malloten in het rond, ondertussen een hoop kabaal makend. Toch leuk om te zien. Net toen we even binnen waren om het ontbijt te maken kwamen wat campingbewoners langs, zij hadden net een enorme mannetjes eland van dichtbij gezien. Maar helaas, toen we naar buiten kwamen had mijnheer gezwind de kuierlatten genomen.

Netjes op tijd reden we de camping af langs de mooie meren net ten zuiden van de Rockies. Vervolgens zijn we naar de Interstate 70 gereden via Highway 90, deze laatste hadden ze voor kilometers opgebroken, waardoor je in ieder geval het oude pionier gevoel van de eerste westerse bewoners met hun houten karren goed kon beleven. Alle glas- en porselein is heel gebleven, het mag een wonder heten.

Via de mooie Interstate 70 zijn we naar Utah gereden richting Goblin Statepark. Via de afslag Hanksville, voor sommige gaan nog warme gevoelens uit naar dit pittoreske levendige plaatsje ( er is namelijk niets te beleven, zelfs geen benzinepomp, nou dan is volgens Amerikaanse begrippen een stadje hersendood verklaard. Na een lange rit kwamen rond zes uur in het statepark aan. We hadden een plaatsje op de park camping gereserveerd. We hebben ons netjes gemeld bij de ranger en deze vond het allemaal prima. De camping lag werkelijk schitterend in een kom van een rotspartij met grillige vormen en allerlei prachtige kleuren keek je uit over de vlaktes van Utah met hier en daar een prachtig gekleurde bergpartij.  Het was er ondanks het gevorderde tijdstip nog behoorlijk warm.

We besloten om eerst nog een wandeling naar de Gobelin valley te maken een 2,5 km vanaf de camping. Het was in een woord schitterend. Bij een langzaam ondergaande zon liep je tussen allerlei paddestoel achtige formaties door, die prachtig donkerrood oplichtten in de avondschemering, omgeven door een decor van wit-rode rotswanden. Een sprookje! Gobelins zijn paddestoel achtige structuren. En voor de fanatieke Efteling gangers, er komt geen muziekje uit als je je hand erop legt. Na het volgen van het wandelpad kwam je in een vallei met nog meer van die fantastische figuren. We vonden dat we genoeg gelopen hadden en besloten om eerst eens iets te gaan eten en de dag erop door de vallei te gaan wandelen.

Ondanks de warmte hebben we toch nog redelijk geslapen. In het park is geen water/stroom-aansluiting en de generator mocht maar tot 8h aan. Dus geen Airco.

’s Ochtends lekker ontbeten. Het begon even fors hard te waaien. Het enige stel Chinezen zag tot hun verbijstering hun tent met inhoud wegwaaien. Waarschijnlijk klopt de gebruiksaanwijzing in het Chinees ook niet. Van enige verankering/haring was geen sprake. Ne een tijdje hadden ze tent met inhoud weer teruggezeuld. Een gewaarschuwde Chinees telt blijkbaar niet voor twee, want men stapte daarna zonder de tent vast te zetten gewoon in de auto.

Wij  hebben eerst de Beer van de camping gereden en op de parkeerplaats bij de Gobelin vallei gezet. Scheelde wat km’s wandelen. Het was redelijk zwaar bewolkt dus het wandelen was goed te doen. Het is prachtig om tussen al die Gobelins door te lopen. Er zijn drie valleien. Wij hebben de eerste twee gedaan, waarbij de tweede nog mooier was dan de eerste. Maar toen we ruim een uur gewandeld hadden brak de zon door. Je wist meteen waarom het hier woestijn genoemd werd, wat een bakoven werd de vallei. Gezien de relatief beperkte hoeveelheid water die we bij ons hadden was het verstandig om terug te keren naar de parkeerplaats. Maar wat hebben we genoten onderweg.

In de camper nog even wat vocht aangevuld en toe op weg naar Zion. Via de interstate verder Utah in. Wat een schitterende weg om te rijden ,met fabelachtig mooie uitzichtpunten over de kleurrijke vlaktes en gebergtes van Utah.  

Halverwege zijn we gestopt voor een lunch. In een klein plaatsje, Salina, zochten we naar een eettentje. We vonden niet veel anders dan Mom’s Coffee. We dachten dat het al jaren geleden gesloten hadden, maar nee Mom kookte nog. Sinds eind 19e eeuw en mog steeds verdraaid lekker. Het interieur was op zijn zachtst gezegd eniszins gedateerd (stijl “Happy days” voor degenen die die serie kent tenminste). We hebben er werkelijk heerlijk gegeten voor nog geen 10$ pp inclusief drinken. We hebben er nog een mooie Mom’s mug gekocht. Heeft An d’r eigen mok op haar werk met de juiste titelatuur.

Met een behoorlijk voldaan gevoel zijn we doorgereden naar Zion NP. We hadden een plaatsje op de Zion Canyon campground, vlak voor het park. Een mooie camping met mooie schaduwplaatsen in een wederom prachtig decor. Ook hier was het fors druk en behoorlijk warm (ca. 35°C), maar gelukkig wel een full hook up plaats.

Na een prima nacht, het koelt ’s nachts behoorlijk af, zijn we met de bus het nationaal park ingegaan. De bus is gratis, en vanaf een uur of 9 waren alle parkeerplaatsen al vol. We zijn eerst bij het visitor center langs geweest en daarna met de bus verder naar de Zion lodge voor een lekkere emmer ijskoffie. Vervolgens zijn we gaan wandelen. Eerst naar de lower Emerald lakes. Ontzettend mooi. Er waren nog wat watervalletjes en alles in een decor van bijna loodrechte oranjerode rotswanden waar af en toe prachtige hanging gardens groeiden. Je had op de trail prachtige uitzichten op de Zion vallei. Na weer afgedaald te zijn hebben we de bus gepakt naar het eind van de vallei. Daar kon je langs de rivier naar de bekende narrows lopen. Hier gaat het, prachtige, pad over in een nauwe kloof waar je vooral doorheen moest waden. Het was er ontzettend druk. We hebben lekker aan de rivier in de schaduw gezeten, pootjes in de rivier, heerlijk. Daarna teruggelopen, ondertussen struikelend over de squirrels, sommigen met afmetingen die een dagelijks portie fast food vermoedde. Met de bus weer terug naar de lodge waar we ons hebben getrakteerd op een emmer cola. Heerlijk. Je drinkt je bij deze warmte overigens te pletter. Ik schat tegen de 3 liter vandaag. Het colaatje hebben we weggewerkt op een mooi beschaduwde wei in het park, waar ook nog een hertje kwam snacken van het malse gras. Kortom heerlijk.

Daarna terug naar de camping. We kwamen tot de ontdekking dat we nauwelijks iets te eten hadden. Dus heeft Wim nog een poging gedaan om een Buffalo style pizza in de oven op te warmen. Als Buffalo style, verbrande bodem en niet te eten bovenkant betekent, dan was hij goed geslaagd. Vreemd dat nu hat brandalarm in de camper niet afging. Dan toch maar wat boodschapjes gedaan en toen eerst maar dat ijsje.  Het scheelde een keer koken.

Morgen nog maar een dagje Zion en dan op naar het kookpunt, Valley of Fire. De verontruste campingbaas meldde zich nog of we nog van plan waren te komen. Mmhh…klinkt niet goed. Morgen eerst nog maar een dagje Zion en dan zo laat mogelijk naar de Valley of Fire. Kijken of we een eitje op het wegdek kunnen bakken (voor de Bassie en Adriaan liefhebbers).

 

Reacties

sjaan 25-06-2016 09:05 {{button-39892}}

Op de motorkap he em dan de radiateur leeg laten lopen voor de afwas ;)
Je kunt alleen reageren op dit bericht als je bent ingelogd.
Voorpret-alarm! Reizigers vertellen reizigers, campers (truck-camper & C-25) & presentaties
Kom 23 of 24 maart naar de Reizigersbeurs
Kom naar een infodag met special guests, zoals Travel Texas en indianen.
Meld je gratis aan