Stuctwesemc - Bonaparte First Nation

Door Angenis en Greet - 30-08-2017 08:43

Wat een dag. Een korte afstand rijden, en een hoge temperatuur buiten: 36 graden Celsius. En gisteren schijnt het hier nog warmer geweest te zijn. We zijn echt in de noordelijkst gelegen desert van Noord-Amerika. Er woeden hier in de omgeving nog steeds bosbranden, en de verwachting is dat ze daar pas van verlost raken als het gaat sneeuwen. Pfffft. Vandaag dus van Clearwater naar Cache Creek via Kamloops: een supermooie route. We zagen de omgeving steeds droger worden, ondanks het feit dat de Thompson River en meren als Kamloops Lake en Tunkwa Lake hier schitteren. We reden door dor en vrij kaal bergachtig landschap, afgewisseld door redelijk ‘groengesproeide’ valleien, met meer bewoning dan we gewend waren. Grote huizen, mobile homes, en regelrechte krotten. Nagenoeg alles staat hier gewoon pal aan de Highway, en soms rijdt de kilometerslange goederentrein bijna door de achtertuin. Naarmate we meer van Canada zien, begrijpen we ook waarom de spoorwegen zo belangrijk waren en nog steeds zijn voor dit land. Je kunt er veel mee vervoeren, en goederentreinen zijn soms wel 2000 meter lang. En da’s lang, heul lang.

Ook wemelt het hier van die enorm zware vrachtwagencombi’s, die net zo hard rijden als het overige verkeer. Op de Highway dus gewoon 100 km per uur of harder! Behalve als ze de bult op moeten: soms zijn ze zo zwaar dat ze niet in een lijn recht omhoog kunnen, maar een beetje moeten zigzaggen. Net als wanneer wij lopend een steile berg op gaan. Er worden hier in dit houtrijke land ook veel boomstammen op grote opleggers vervoerd. De stammen van de pine mogen niet vervoerd worden met bast. Dat ter voorkoming van een nog grotere verspreiding van de pine beetle.

Net als in de buurt van Kelowna zagen we ook hier ‘buizen op wielen’ in de weilanden. HÛH?! Jawel, hele lange, soort van waterleidingen met om de zoveel meter een wiel. Daarmee wordt gesproeid en door de wielen zijn ze natuurlijk makkelijk te verplaatsen. Hoe non-technisch kun je iets omschrijven…

Onderweg een tussenstop in Kamloops voor een lekkere lunch in een gezellige tent. Jazeker, je leest het goed: “gezellig”. Het kan dus wel! Met aan de wand het volledige menu door een kunstenaar in kleurrijk krijt op de ‘schoolbordverfwand’ gekalkt. En tijdens de lunch zien we dat twee parkeerwachters aan de overkant van de straat een bon onder onze ruitenwisser doen…  Greet als een speer naar buite!. Gelukkig geen boete, maar wel een waarschuwing. Je mag in Canada kennelijk alleen in de rijrichting parkeren. Domme toeristen. Wisten wij veel?!

Na het Kamloops adventure op zoek naar het spookdorp Walhachin, dat onder andere wordt gebruikt voor de opnames van The X-Files. Maar een spookdorp hebben we nooit gevonden. Angénis heeft het nog gevraagd bij een bewoonster ter plekke. Het blijkt gewoon een bewoond dorp te zijn met zo hier en daar een vervallen, maar wel bewoond huis. En er is een veterans museum, waar de geschiedenis verteld wordt over de boeren die opgeroepen werden om in WO I in Europa te gaan vechten. Maar dat was dicht omdat de eigenaar naar de dierenarts was. En da’s best een eind rijden hier. Het dorp wordt nog wel gebruikt voor opnames, al hebben we daar niets van gemerkt. Dus maar doorgereden naar Cache Creek. Onderweg op een brug over de Thomson River een enorm nest van een visarend, die helaas niet thuis was. Zijn nest, onder andere gemaakt van stukken touw bijeengescharreld bij de boeren, was nu bezet door een duif. Haha. Bij Blue River de vis- en zeearenden gemist, en hier weer: er rust een vloek op het spotten van die beesten!

Net ten noorden van Cache Creek zijn we naar Hat Creek Ranch geweest. En dat was heel indrukwekkend. We hebben veel geleerd over The Cariboo Wagon Road: de weg die gebruikt werd door goudzoekers. Het verhaal werd ons verteld door een Engels meisje in klederdracht die hier werk had gevonden als gids nadat ze ontslagen was op een ranch. Daar was geen werk meer door de bosbranden. De weg, met de hand aangelegd tussen 1862 en 1864, begint bij Yale en eindigt in Barkerville. Het vervoer over de weg ging aanvankelijk met paarden, die om de paar uur moesten rusten, eten en drinken. Daarvoor werden pleisterplaatsen ingericht waar je onder andere van paard kon wisselen. Hat Creek Ranch is een van die voormalige pleisterplaatsen en is in de loop der jaren flink uitgebreid. Het is de enige pleisterplaats die nog in oude staat is en er wordt hard gewerkt om dat zo te houden. Veel pleisterplaatsen werden aangegeven met het aantal mijlen dat ze vanaf het begin van de route lagen, zoals 70 Mile House en 100 Mile House. Al gauw ging men over op het inzetten van de veel sterkere en taaiere muildieren die langere afstanden konden afleggen. Maar nog steeds had je paarden nodig als ‘leiddieren’. De muildieren volgden dan het span paarden dat vooropliep. Er is zelfs een periode gebruik gemaakt van kamelen. Zo handig, omdat die zelf hun watervoorraad meenemen, maar toch ook weer niet omdat hun voetzolen niet bestand waren tegen de scherpe ondergrond. En die eigengereide beesten weigerden leren omhulsels om hun poten. Ze zijn losgelaten en 40 jaar nadien is het laatste exemplaar nog in de bergen gesignaleerd. De meeste goudzoekers waren welgestelde burgers. Dat moet wel als je een stel muildieren en paarden kunt betalen. De wat minder gefortuneerden vingen kariboe-veulens. Die liepen prima voor de wagen totdat ze gingen puberen. Daar had men dus een jaar of vier plezier van om daarna te worden opgegeten. Duurzaamheid kent geen tijd…

Vanaf Hat Creek Ranch zijn we met de postkoets getrokken door twee paarden naar een nagebouwde First Nations nederzetting gebracht. Een Shuswap-dame heeft ons veel uitgelegd over de oude gebruiken. Ook vertelde zij dat die steeds meer in ere hersteld worden, vooral door de jeugd. De jeugd leert ook weer de First Nations taal, die ze ooit van de blanken niet meer mochten spreken. Net als in de USA was dat verboden. Hier in Canada mochten ze wel hun voedsel als bessen en kruiden van het land halen en was het toegestaan te jagen. Wel hebben verschillende stammen onderling nog steeds onenigheid over de gebieden waar ze jagen en hun kruiden en voedsel verzamelen. Na een rondgang over het terrein waar een winterverblijf, Kekuli, een zomerverblijf, een hut voor jongens die man moeten worden, en verschillende hulpmiddelen te zien waren, nodigde ze ons uit om mee te komen. Ze ging voor ons zingen. Een aanmoedigingslied voor de mannen die op jacht gingen. Om te zorgen dat ze veel zouden vangen en behouden weer terug zouden keren. Heel bijzonder! 

En daarna naar ons motel. Dat weer een echt motel is. Gebouwd in 1969 en er is niet veel veranderd. Behalve de aanleg van internet, maar dat schiet ook niet op. Neen, dat stamt uit 1810…

 

Reacties

Jans 30-08-2017 09:30 {{button-48558}}

Wat een geweldig verhaal over de 'first nation' (indianen dus). Doet me erg denken aan de tijd dat ik er was maar dat vertel ik nog wel. En op een echte postkoets... Leuke foto.... fantastisch. Jullie maken zoveel mee en er komt nog veel meer moois aan.....het kan niet op. En....wij genieten ook mee!!!

De Helliemonsters 30-08-2017 09:44 {{button-48560}}

Chapeau meiden; jullie verslagen lijken wel aardrijkskunde en geschiedenis ineen.
By the way: jullie winnen: hier was t gisteren 32 graden

Baukelien Mollema 30-08-2017 11:43 {{button-48562}}

Mooi verhaal.
Lijkt op een Floortje Dessing documentaire!!

Carin 30-08-2017 13:15 {{button-48564}}

Inderdaad, mijn aardrijkskunde en geschiedenis komen op een hoger plan!
Mooi meiden, dank je wel!
Op naar morgen!

ML 30-08-2017 18:38 {{button-48574}}

Ik wil graag een foto van dat motel!
Je kunt alleen reageren op dit bericht als je bent ingelogd.
Voorpret-alarm! Reizigers vertellen reizigers, campers (truck-camper & C-25) & presentaties
Kom 23 of 24 maart naar de Reizigersbeurs
Kom naar een infodag met special guests, zoals Travel Texas en indianen.
Meld je gratis aan