Zaterdag 6 juli – Rocky Mountain National Park

Zaterdag 6 juli – Rocky Mountain National Park

Hans was ruim voor de wekker wakker. Dus allemaal er maar uit, want we hadden een lange reis voor de boeg. Na het ontbijt vertrokken we richting Rocky Mountain National Park.

Het eerste gedeelte was over de Interstate (snelweg), maar zeker niet minder mooi. De route ging langs Glenwood Canyon. Dit leek wel op een combinatie van de Oostenrijkse bergen en de Italiaanse Dolomieten, met daarnaast de Colorado rivier met flinke stroomversnellingen. Vervolgens langs de wintersportoorden Aspen, Vail en Copper. Deze lagen maar liefst op 3.000 meter. In de stadjes was nu ook volop bedrijvigheid: fietsen, mountain biken, golfen en lacrosse. Bij Silverhome verlieten we de Interstate 70. We vervolgden onze weg via de 9 richting Granby. Deze weg deed ons denken aan Ierland, wat glooiend, groen landschap. In Granby zagen we een recreatieveld, een mooi plekje voor onze lunch, broodje met knakworst en kersen na.

De reis ging verder langs Lake Granby en Grand Lake. Tenslotte kwamen we aan in het Rocky Mountain National Park. Bij Kawuneeche Visitor Center begon de 77 km lange Trail Ridge Road.

De weg bereikte een hoogte van 3.713 meter. De boomgrens lag maar liefst op 3.500 meter. Onderweg zagen we Bighorn Sheeps (= dikhoornschaap, elks (= Wapiti hert, een grote) en een Moose (= eland). Het was druk op de weg en voor onze camper was niet overal een parkeerplekje. Het was een schitterende route met toch nog mogelijkheid voor enkele mooie uitkijkpunten, zoals Medicine Bow Curve (uitzicht op de met sneeuw bedekte bergen) en Many Parks Curve.

Rond 17.00 uur kwamen we aan op Glacier Basin Campground. We hadden een schitterend plekje in het natuurpark, onder de dennenbomen. Bij de ingang hoorde Hans dat hij hout kon kopen. Zijn ogen begonnen alweer de glimmen, want hij houdt er wel van om een vuurtje te stoken. Die avond aten we een pastaschotel met zalm. Dat kwam dit keer wel goed uit, want het begon wat te regenen met een enkele omweersklap. De lange broeken kwamen tevoorschijn. Na het eten was het alweer droog en gingen Hans en ik naar het Rangerprogramma. Dit keer over de oorspronkelijke bewoners van dit gebied, de Ute (Indianen). Joyce had één keer zo’n programma meegemaakt in Page en had het wel gezien, dus ging NIET mee.

Later op de avond werd er dus wat hout aangestoken. Dat was ook wel nodig, want het werd behoorlijk koud. Geen wonder, want de camping ligt op 2.626 meter. Die avond trok ik dus een hemd onder  mijn nachtpon aan en Joyce deed zelfs een pyjama met lange broek een sokken aan. We kropen dit keer onder het dekbed, waarover ik bij Joyce nog een badlaken deed. Slaap lekker!