Essex, Vermont

Tussen de majestueuze Green Mountains en het zoetwatermeer Lake Champlain ligt Essex. In deze moderne stad hangt een gemoedelijke sfeer. De huizen herinneren aan de negentiende eeuw, waarin fortuinen werden verdiend met de productie van tabak en rum. In de omgeving van Essex liggen goede skigebieden, in het mooie Indian Brook Park kun je wandelen en vissen.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Connecticut River Museum

Dit museum draait om de geschiedenis van Vermont. Het heeft als hoofdattractie de allereerste onderzeeër ter wereld, gebouwd door Yale-student David Bushnell in 1776. In de zomer organiseert het museum boottochten en wildlife tours waarbij je op zoek gaat naar adelaars.

Camel's Hump State Park

Vanuit Essex is het ongeveer drie kwartier rijden naar dit staatspark. Hier ligt de derde hoogste berg van Vermont: Camel's Hump. Er zijn diverse wandelroutes naar de top, waaronder de korte Burrows Trail (3,4 km one-way) vanaf de parkeerplaats nabij Huntington. Ga in het weekend vroeg op pad in verband met de beperkte parkeerruimte.

Feiten

Klimaat

Bovenstaande klimaatgegevens zijn historische gemiddelden voor de plek op de kaart. Het weer is onvoorspelbaar, deze gegevens dienen dan ook puur als indicatie.

Het klimaat van Essex (Junction) is continentaal vochtig. Dit houdt in dat de zomers erg mild zijn en de winters erg koud. De staat Vermont kent vier seizoenen die ongeveer gelijk lopen aan West-Europese seizoenen. Van december tot maart is het officieel winter, maar de sneeuw dient zich vaak al eerder aan en kan tot ver in de lente nog blijven liggen. Bij Lake Champlain valt er gemiddeld 150 centimeter sneeuw, in de Green Mountains kan dit zelfs 300 centimeter zijn. De zomers in Essex beginnen eind juni en zijn zeer aangenaam. De temperatuur kan oplopen tot ver in de 20 en het kan dan erg klam zijn. Onweersbuien zorgen er dan voor dat de temperatuur regelmatig weer iets omlaag wordt gebracht.

Geschiedenis

De stad Essex is een schenking van New Hampshire en wordt gepatenteerd in 1763. De naam van de stad vereeuwigt die van een Engelse graaf of baronet, waarmee de verkrijgers van het patent waarschijnlijk werden geassocieerd. In de voorwaarden van het patent staat onder andere aangegeven hoe het land verdeeld moet worden, dat er jaarlijks twee grote braderieën mogen plaatsvinden en dat er wekelijkse markten moeten zijn die minstens een dag open zijn, wanneer het aantal families in de stad boven de vijftig komt. Er bestaan echter geen bronnen meer waaruit blijkt dat deze ‘Engelse luxe’ ook daadwerkelijk ooit is genoten door de bewoners.

De eerste geregistreerde vestiging van mensen in de stad stamt uit 1783. Samuel en William Smith, Jonathan Winchell, Dubartus Willard en David Hall worden gezien als de eerste kolonisten in de stad en zij vestigen zich allen rond de zelfde tijd in Essex. Zij kiezen de rijkste plekken van de stad uit, waaronder de bedding van de Onion River en de Brown’s River, om huizen te bouwen en de eerste zaadjes te planten. Niet lang erna beginnen er meer mensen te arriveren en ook zij vestigen zich voornamelijk rondom de rivierbeddingen, waaronder ook Joel Woodworth die langs Brown’s River de eerste herberg opent. Aan de zelfde rivier vestigt zich ook de Bliss familie, die aan hun gebied de naam Bliss Street meegeven, die op de dag van vandaag nog wordt gebruikt.

Rond 1850 wordt er een treinrailverbinding aangelegd die zes verschillende treinlijnen met elkaar verbindt. Het station bij Essex wordt officieel Painesville genoemd, maar in de volksmond staat het bekend als Essex Junction. Door de betere bereikbaarheid ontwikkeld het gebied rondom de spoorbanen zich steeds sneller en het bevolkingsaantal wordt alsmaar groter. In 1873 wordt de Park Street School, Vermont’s eerste stenen schoolgebouw, opgericht. De groeiende populatie zorgt er echter voor dat er vraag is naar meer schoolgebouwen en andere publieke diensten. De stad Essex is nog sterk onderontwikkeld en kan niet aan deze vraag voldoen. De bewoners van het gebied rondom de spoorbanen vragen een petitie aan bij de Vermont Legislature om hun gemeenschap te incorporeren als een onafhankelijk dorp.

In 1892 wordt the Village of Essex Junction officieel erkend door de Vermont Legislature. Dit betekent dat het ‘dorp’, hoewel onderdeel van Essex, belasting kan vragen voor hun eigen publieke diensten zonder de hulp van de aanverwante stad. In de eeuw die hierop volgt ontwikkeld de plaats zich snel en ontstaat er naast het uitgebreide schoolsysteem onder andere een brandweer- en politiedepartement, een bibliotheek, een publieke waterservice, trolleylijn en uiteindelijk een hele eigen industrie, waarin onder andere IBM (een van de grootste en meest geavanceerde computer chip fabrikanten van de USA) een grote rol speelt. Vandaag de dag is Essex Junction Vermont’s grootste geïncorporeerde dorp, met een bevolkingsaantal dat groter is dan de meeste steden in Vermont.