Dag 5 Victoria naar Tofino

Om 8 uur zitten we in de auto richting Tofino. Een rit van circa 320 km en volgens de TomTom 4,5 uur rijden. Aangezien we aardig wat stops gepland hebben op de route zal het wat langer duren dan de aangegeven tijd van TomTom. Via Highway 1 rijden we naar Duncan. Duncan staat bekend als ‘City of Totems’ omdat er langs de weg totempalen te zien zijn. Duncan ligt in het Cowichan District, waar de Cowichan-stam woonde. Na een korte fotostop rijden we verder naar Chemainus een dorpje met veel muurschilderingen. We volgen de gele voetstappen op het voetpad en zien overal muurschilderingen op de huizen staan. De nodige foto’s worden weer gemaakt.

De volgende stop is in Nanaimo bij de Walmart, want tegen 11 uur beginnen we ook wel trek te krijgen in een broodje. Na fors inslaan van versnaperingen rijden we door en verlaten Highway 1 vlak voor het dorpje Coombs en rijden verder via Highway 4 richting Tofino. Dit gedeelte van de route (200 km) zullen we zondag nog een keer rijden, omdat er maar 1 weg naar Tofino gaat. Coombs is de volgende stop. Coombs is een toeristisch dorpje wat vooral bekend staat om restaurant Fogg n' Sudds, waar geiten op het dak staan?!?

In Victoria hadden we de tip gekregen zeker een stop te maken bij MacMillan Provincial Park (Cathedral Grove), dus wederom maken we een stop om een wandeling te maken. In dit park staan de grootste Douglassparren van Vancouver Island. Sommige sparren zijn meer dan 800 jaar oud! Aan beide zijden van de weg zijn wandelpaden door dit kustregenwoud. Aan de zuidzijde staan de dikste sparren, met doorsnedes van wel negen meter. Aan de noordelijke kant van de weg staan boomgaarden met Western red cedars (reuzenlevensbomen) die het schild vormen voor Cameron Lake. Tussen de bomen ligt een deken van groene varens en mossen. Er schijnen onder andere uilen, reptielen, herten, zwarte beren en poema’s te leven, maar wij zien alleen een salamander. We voelen ons wel klein tussen deze enorme bomen. Het valt op dat er veel bomen zijn omgewaaid. Dit blijkt het gevolg te zijn van een “windfall”, dit was een heftige storm in 1997.

Het laatste gedeelte van de route gaat slingerend door de bergen richting de kust met zelfs een stijgingspercentage van 18%. Wij blij dat we nu in de auto zitten en niet op de fiets. Dit is zelfs voor onze klimgeit Joaquim een paar % te veel….. Als we veel auto’s geparkeerd zien staan kunnen we het niet laten ook even te kijken wat hier te zien is. Deze stop hadden we niet gepland, maar was zeker de moeite waard. Een rivier wringt zich tussen de rotsen door waarin veel mensen even verkoeling zoeken. Het is 34 graden, dus een beetje verkoeling is best lekker.

Uiteindelijk is het half 5 als we Tofino binnenrijden. Hotel Marina West  blijkt volledig gerenoveerd en ziet er schitterend uit. We krijgen een tweekamer slaapkamer met uitzicht op een haventje. Na het uitpakken gaan we direct even kijken of we een tour naar de Hot Spring Cove kunnen boeken. We vinden een tour waarbij we morgenvroeg om 8 uur met de boot naar de Hot Spring Cove varen en na een zwempartij in de warmwaterbronnen weer worden opgehaald met een watervliegtuigje. In Vancouver en Victoria hebben we ook erg veel watervliegtuigjes gezien en dit is toch wel iets wat echt bij Canada hoort.