Dinsdag 9 mei 2017: Banff

Met zijn fraaie ligging in het dal van de Bow River, omringd door steile bergtoppen, is de stad Banff het toeristische centrum van het Banff National Park. De stad Banff ligt in een halve boog rondom Tunnel Mountain. Tunnel Mountain is feitelijk niets meer dan een forse heuvel die zich 300 m boven het dal verheft. Tunnel Mountain is ook de plaats van onze camping. Banff telt rond 7500 inwoners, een aantal dat door de stroom bezoekers in de zomer gemakkelijk kan toenemen tot ruim 50.000, maar die zijn er vandaag gelukkig bij lange na niet. Toch is het ’s middags op de brede Banff Avenue, waar de meeste winkels, restaurants en hotels te vinden zijn, gezellig druk. We besluiten vandaag vooral de natuur in te gaan en de vele musea links te laten liggen.

We beginnen met de Lake Minnewanka Loop. Je bereikt deze bezienswaardigheid via de Lake Minnewanka Scenic Drive, een zijweg van de Trans-Canada Highway. Deze 16 km lange rondweg voert langs drie fraaie meren: Lake Johnson, Lake Two Jack, en het stuwmeer Minnewanka. Lake Minnewanka is het grootste meer van het park. Lake Minnewanka is een kunstmatig meer (op de bodem stond vroeger een dorp). Het meer kreeg na de aanleg van een stuwdam in 1941 zijn tegenwoordige omvang. Het meer is nog volledig dichtgevroren, maar niet minder mooi.  We treffen er ook een aantal onverstoorbare dikhoornschapen tegenkomt. Lake Two Jack en Lake Johnson daarentegen zijn volledig open. Op de wegen eromheen zien we de nodige herten.

Vervolgens naar de Vermillion Lakes. Ten westen van de stad loopt een 10 km lange weg parallel aan de Trans-Canada Highway naar de Vermillion Lakes. Deze drie meren liggen in een overstromingsgebied van de Bow River en zijn een wild- en vogelparadijs. Er nestelen visarenden en bald eagles; alleen zien wij ze niet.

We rijden weer een stukje over de Bow Valley Parkway naar de Johnston Canyon. Onderweg zien we herten. Bij Johnston Canyon voert een verhard pad boven de afgrond door de smalle kalksteenkloof  naar de onderste en bovenste watervallen. In een wei boven de canyon bevinden zich de ‘Ink Pots’, waaruit koud, blauwgroen water opborrelt; zo ver komen wij niet, we gaan bij de onderste waterval terug.

Nog even Banff in. We rijden nog langs Surprise Corner. Het uitzicht in de bocht waar de Tunnel Mountain Drive in de Buffalo Street overgaat. Deze plek heet in de volksmond 'Surprise Corner'. Hier heb je een verrassend mooi uitzicht op het Fairmont Banff Springs Hotel. Het uit 1888 daterende kasteel was onderdeel van de luxueuze keten van resorts langs de historische Canadian Pacific Railway.  Met wat moeite is er ook een glimp zichtbaar van de Bow Falls.

Morgen naar Drumheller.